Public

De vier fasen van rouw

Ellee > Psychologie van de mens

Wanneer een naaste sterft doorloop je vier rouwfasen. Hoe moeilijk het ook is, men moet door deze fasen heen om het verlies van de overledene te kunnen aanvaarden. Het is onmogelijk om een preciese tijdsduur op dit rouwproces te plakken. Hoelang dit duurt hangt van verschillende factoren af, zoals: wie de overledene voor je was, hoe de persoon gestorven is, hoeveel steun je krijgt tijdens het rouwproces,...
Hieronder worden de vier fasen weergegeven.


      72c95f279c3214618ace14c202c8f574_1404808

De eerste fase: het aanvaarden van de werkelijkheid van het verlies
Wanneer iemand sterft heeft men vaak het gevoel dat het niet waar kan zijn. Zelfs al kwam de dood als een logisch gevolg van een slepende ziekte, dan nog kan men verbijsterd zijn over het feit dat de persoon overleden is. Men bevindt zich in een sfeer van onwerkelijkheid. Je hoort mensen dan ook vaak zeggen, net nadat ze het nieuws krijgen; 'Neen, dat kan niet. Dit kan niet waar zijn. Ik kan het niet geloven.'
Iedereen reageert anders bij het vernemen van het droevige nieuws: sommigen huilen, anderen kunnen geen woord meer uitbrengen. Het komt ook vaak voor dat de persoon de overledene meteen wil zien, om zichzelf duidelijk te maken dat hij of zij écht wel dood is. Ze willen bewijs. Het zien van de overledene, en daarbij ook het erkennen van zijn dood, is een belangrijke stap in het rouwproces. Want zolang men niet gelooft dat de persoon gestorven is kan men niet aan het rouwproces beginnen. Pas wanneer men de werkelijkheid aanvaard, kan men beginnen rouwen.
Niet iedereen vindt het een goed idee om de overledene te zien. Men denkt dat het te schokkend zal zijn, zeker wanneer de persoon na een ongeval of dergelijke verminkt is. Toch valt het aan te raden de persoon te zien, hoe verminkt deze ook mag zijn. Vroeger was het de gewoonte dat mensen thuis opgebaard werden en iedereen, ook kinderen, zagen de overledene. Tegenwoordig is dit heel anders. Mensen gaan nog nauwelijks de overledene groeten, en kinderen meenemen wordt nog amper gedaan. Toch is het belangrijk dat kinderen op jonge leeftijd leren wat de dood is, en dat ook zij op hun manier kunnen afscheid nemen. Ze gaan hier beter mee om dan men zou vermoeden.
Het is ook in deze fase dat men wil begrijpen wat er is gebeurd. Het is ook belangrijk om dit te weten vooraleer men kan rouwen. Waarom is de persoon gestorven? Wat is er exact gebeurd? Wat deed de persoon in de laatste uren van zijn leven? Wie was er bij hem? Wat heeft hij nog gezegd? Men zoekt naar verklaringen. Durf je ook bezig te houden met deze vragen, schuif ze niet voor je uit. Het is pijnlijk om na te denken over deze vragen, maar wanneer je antwoorden vind, werkt dit helend.

De tweede fase: ervaren van de pijn van het verlies
Veel mensen hebben de neiging om hun pijn weg te duwen. Ze storten zich op het werk of op een hobby om niet geconfronteerd te hoeven worden met de pijn. Dit kan tijdelijk helpen om je leven op de rails te houden maar de waarheid is dat de pijn nadien dubbel en hard weerkeert. De enige manier om de pijn te verwerken is door de pijn heen te gaan. Alles wat iemand doet om de pijn weg te duwen of uit te stellen, maakt het rouwproces langer. Men ziet dikwijls dat mensen de pijn minimaliseren ('Ach, zo goed heb ik hem ook niet gekend.'), zorgen voor andere mensen met verdriet ('Mijn familie heeft veel verdriet, ik zal wel voor hen zorgen, zo hoef ik zelf geen pijn te lijden.') of extreem positief reageren ('We zien elkaar weer in de hemel.') Dit zijn echter allemaal manieren om de pijn te ontlopen. Het gezegde "we staan er voor en we moeten er door" is hier van toepassing, hoe moeilijk dit ook is.
Pijn bij verlies is niet per se constant maar kan in fasen de persoon treffen. Men kan zich een tijdje goed voelen maar dan plots tijdelijke en hevige pijnscheuten krijgen. De persoon staart voor zich uit of huilt hevig. In het begin zijn deze opstoten frequent, nadien nemen ze geleidelijk aan af.
In deze fase ervaart men dikwijls ook opstandigheid. Men is kwaad: op de overledene, op zichzelf, op zijn omgeving, op de artsen, op het ziekenhuis, op het verplegend personeel, op God. Agressie is een normale reactie bij verlies en mag niet worden tegengehouden. Het is belangrijk deze gevoelens van protest te uiten, ook al heeft de omgeving vaak de neiging deze uitingen te stoppen omdat ze beangstigend zijn. In een relatie reageert men vaak agressief op elkaar, wat de relatie kan bemoeilijken. 
Men zoekt bovendien ook naar "de schuldige". Wie of wat heeft de schuld van het overlijden? Men ervaart ook schuldgevoelens: wat als ik anders had gereageerd, waarom was ik zo boos op hem, had ik niet eerder naar de arts moeten gaan met hem, had ik maar...

De derde fase: het leven aanpassen aan een leven zonder de overledene
Deze fase verloopt bij iedereen anders. Het verschil zit hem in welke functie de overledene had in je leven.
Was hij je man en deed hij alle administratieve zaken? Hoe ga je dit nu oplossen? Ga je zelf leren hoe de administratieve rompslomp in orde te brengen of ga je hiervoor ten rade bij iemand?
Was zij je vrouw en zorgde zij voornamelijk voor de kinderen? Ga je nu zelf de kinderen opvangen na school? Ga je minder werken? Of schakel je hulp in?
Was hij je zoon waar je dag en nacht voor zorgde vanwege zijn ziekte? Hoe vul je je dagen nu op? 
Was zij je beste vriendin die je altijd bijstond wanneer je verdriet had? Bij wie kan je nu terecht? Met wie sla je nu een praatje?
In deze fase kan men zich hulpeloos opstellen. Men denkt de taken van de overledene niet te kunnen overnemen en laat alles wat op zijn beloop. Of men gaat de overledene idealiseren: 'Hij deed dat fantastisch. Dat zal ik nooit kunnen.' Toch is het van belang je leven aan te passen om zelf weer een fijn leven te kunnen leiden.

De vierde fase: opnieuw leren houden van het leven
In deze fase put men kracht uit de overledene. Mensen zeggen in deze fase dikwijls: 'Ik ga nu mijn dromen najagen, hij/zij zou dat gewild hebben.' Men ervaart de overledene als iemand die "meekijkt". 
De persoon komt er stilletjes aan weer toe om dingen te doen die hij graag doet. Men leert weer te genieten. Vaak heeft de dood van een geliefde tot gevolg dat de persoon "wakkergeschud" wordt: hij beseft dat het leven eindig is en dat al wat hij wil doen, al wat hij wil bereiken, nu moet gedaan worden. Men maakt plannen, men wil niets meer uitstellen. 
Soms voelt men zich schuldig in deze fase. Men is bang om weer gelukkig te zijn omdat men zich dan schuldig voelt tegenover de overledene, of men is bang om de overledene te vergeten. Maar ook dit gevoel verdwijnt. Over het algemeen ziet men de overledene na verloop van tijd als een bron van inspiratie en kracht.

     0a534474822246905878fb7772ab85be_1404808
© Ellee

 1
       
 
08/07/2014 09:44

Reacties (0) 

Voordat je kunt reageren moet je aangemeld zijn. Login of maak een gratis account aan.