Je ziet het niet aan me. Ik oog gezond, levenslustig, vrolijk en actief. Ben ik ook allemaal. Ik ben gezond, ik heb geen enge ziektes. Ik ben levenslustig, ik ga er graag op uit en onderneem best wel veel. Ik ben vrolijk als ik onder de mensen ben. Ik ben actief, sport en beweeg regelmatig.
Je ziet het niet aan me, toch heb ik een burnout.
Al een hele poos, maar een half jaar geleden is de diagnose gesteld. Opgebrand, uitgeblust, oververmoeid en verslagen. Wat er aan vooraf is gegaan en hoe het zo gekomen is heb ik in andere schrijfsels al uitgebreid behandeld. Maar kortgezegd hebben de scheiding, gevoelens van eenzaamheid en onzekerheid in huisvesting en werk in combinatie met een eenoudergezin mij wel de das om gedaan.
Je ziet het niet aan me. Het advies van de psycholoog: ontspan, rust uit, ontmoet mensen en doe leuke dingen. En dat doe ik dan ook. Ik ga naar concerten, bezoek de sportschool, ontmoet nieuwe en oude vrienden en probeer te ontspannen. Maar het is allemaal makkelijker gezegd dan gedaan. Mijn energiepotje is steeds te snel leeg, en dan loop ik gerust nog even door op wilskracht. Wat mij uiteindelijk natuurlijk opbreekt, want het niet luisteren naar wat je lichaam aangeeft is het slechtste wat je kunt doen. Helemaal als je een burnout hebt.
Zo onderneem ik regelmatig leuke activiteiten. Maar waar mijn energiepotje leegraakt, is mijn enthousiasme nog groot, wil ik niet luisteren naar mijn lichaam. Het is nog te leuk, ik heb het nog zo naar mijn zin, ik wil nog helemaal niet stoppen of naar huis.
Terug thuis klap ik dan in. Trillend op mijn benen, letterlijk, enorme koppijn en al mijn spieren doen pijn. Ik zou terplekke in slaap kunnen vallen, maar meestal is daar geen gelegenheid voor. Ik heb tenslotte ook nog een gezin waar tijd en aandacht aan besteed moet worden. Dus waar ik eerder die dag al doorging terwijl mijn energie al op was, moet ik daarna ook nog een paar uur dóór voor ik toe kan geven aan mijn vermoeidheid en mijn lijf de hoognodige rust kan geven.
Wat tot resultaat heeft dat ik na elke leuke activiteit een paar dagen verrot thuis zit. Maar dat ziet niemand. Dat zijn de dagen dat ik al beroerd mijn bed uitkom, van stoel naar bank strompel en me door de dag heen sleep, om vervolgens ’s avonds in bed met wijdopengesperde ogen de nacht weer in te gaan. Mijn lijf te moe om wakker te zijn, mijn hoofd te druk om te slapen.
Soms heb ik gezellig een dagje met een vriendin. Wat drinken, veel kletsen, heel gezellig. Maar enorm vermoeiend. Thuiskomen met een bonkend hoofd. Wel heel vrolijk, want het was een heerlijk weerzien, maar zo gaar als een klontje. Met bevende benen dan toch gaan koken, afwassen en de avond met de kinderen doorgebracht, maar het liefste was ik direct door naar bed gegaan.
Omdat ik doorga terwijl mijn lichaam al heel hard `stop` heeft geroepen, heb ik de dag erna, soms dagen erna, een offday. Komt er werkelijk niets meer uit mijn handen en lijkt alles me teveel. Dankzij, of ondanks, de kinderen en mijn gezin, blijf ik wel in beweging en kan ik niet echt toegeven aan de vermoeidheid; er moet tenslotte gezorgd worden, boodschappen in huis gehaald worden, gewassen en gekookt worden. Daardoor duurt het herstel ook weer langer, dat besef ik ook wel. Maar op tijd stoppen en luisteren naar mijn lichaam terwijl ik het op dat moment zo naar mijn zin heb, is iets wat ik nog niet onder de knie heb.
Naast het fysieke aspect is daar ook het mentale deel van de burnout; het eeuwige piekeren dat dodelijk vermoeiend is en tegelijk voor vele slapeloze nachten zorgt. Ik heb de “uit-knop” nog niet gevonden, en dus lig ik hele nachten naar het plafond te staren. Tot ik zo gek van mezelf word dat ik een slaappilletje pak. Mijn lichaam roept dan al tijden om rust en slaap, terwijl het in mijn hoofd zo onrustig en druk is dat mijn lijf niet tot rust kan komen. Aan de andere kant kan de vermoeidheid soms zo toeslaan dat ik hele dagen kan slapen, ook als ik ‘s nachts wel goed geslapen heb.
Samen met de psycholoog ben ik aan het werk om mezelf weer terug te vinden en in balans te krijgen. Dat betekent veel graven in het verleden, om onverwerkte trauma’s en verliezen te verwerken, om frustraties en gevoelens van boosheid te benoemen en een plek te geven, en om mezelf toe te staan te erkennen dat ik hard gewerkt heb de laatste jaren voor mijn gezin en dat het nu tijd is om lief te zijn voor mezelf. Want dat is wat ik de afgelopen jaren vergeten ben; ik zorgde voor alles en iedereen maar niet voor mezelf.
Die gesprekken met haar werken lang door in mijn hoofd. Hoewel ik soms het idee heb dat ik te weinig aan mezelf werk, is er in mijn hoofd een proces gaande dat 24/7 bezig is met de dingen die ik bij de psycholoog blootleg. Niet zo verwonderlijk dat mijn hoofd zo vol is dat ik er niet van kan slapen. Niet zo verwonderlijk dat ik soms zó moe ben dat ik wel dagenlang zou kunnen slapen.
In de gesprekken met de psycholoog zijn we nog niet toe aan ‘de toekomst’, want daarvoor moet eerst het verleden een plek hebben gekregen. Wel zijn we actief aan het zoeken naar vormen om het “heden” in te vullen.
Ik ben nog eenzaam in mijn dorp waar ik nu anderhalf jaar woon maar nog bijna niemand ken. Opdracht dus om in de directe woonomgeving te zoeken naar mogelijkheden om nieuwe contacten aan te gaan. De sportschool is er niet alleen voor de broodnodige lichaamsbeweging, maar ook op sociaal vlak belangrijk. Activiteiten op de basisschool waarvoor ouders nodig zijn kunnen contacten met andere ouders bevorderen. Het actief meedoen met de jaarlijkse "Zomerspelenweek" was zo’n initiatief, maar dat bleek nog wat teveel energie te kosten. Over een paar weken is er het “midwinterfeest”, en zo zijn er in het dorp nog wel meer activiteiten te bedenken waarbij ik wat meer onder de mensen kom. Ik moet actief gaan wortelen in mijn dorp, want ik ben al veel te lang ontworteld geweest.
Afgelopen periode stond voor mij in het teken van Doe Maar. Helemaal goed vond mijn psycholoog. Ik werd er blij van, zag regelmatig mijn vriendinnen en deed er veel positieve energie op. Een mentale oppepper! Fysiek was het eigenlijk veel te veel, maar het was te leuk om af te haken. Nadien dan ook ziek geworden en bijna een week op de bank gelegen om bij te komen.
Schrijven is ook een manier om af te rekenen met de spoken in mijn hoofd. Ik ben er sinds deze zomer weer serieus mee bezig, en probeer niet alleen van me af te schrijven (therapeutisch schrijven) maar ook te ontwikkelen tot een betere schrijver (voldoening, eigenwaarde, toekomstperspectief). Studeren is bijzaak geworden, helen en persoonlijke ontwikkeling hoofdzaken. Ik probeer mijn verleden een plek te geven, mijn verdriet te verwoorden, mijn frustraties los te laten en mijn boosheid om te zetten naar positieve gedachten. Ook dat is hard werken. Het betekent dat ik steeds in mijn eigen hoofd zit, steeds allerlei emoties voel en doorleef en stukje bij beetje de dingen verwerk en een plek geef. Niet zo gek dat ik nachten wakker lig of soms zo verschrikkelijk moe ben.
Soms gaat de werkelijkheid sneller dan de therapie. In geval van de zwangerschap in het andere gezin, de besluitvorming en het verdriet daar, werd ik ineens geconfronteerd met een stuk van mezelf waar ik nog niet aan toegekomen was, de rouwverwerking om mijn Ilse. Ik heb het terzijde gelegd, ik was er nog niet aan toe. Dat komt later.
Ik ben nog niet toe aan “de toekomst”, maar soms ben ik het verleden en al dat gedoe zo zat! Dan wil ik eruit, dan wil ik weer gewoon werken, me nuttig voelen. Dan reageer ik weer op vacatures, en zoek ik naar leuke banen. Terwijl ik het benauwd krijg bij het idee daadwerkelijk weer het werkende leven in te stappen. Diep vanbinnen weet ik best wel dat ik daar nog niet aan toe ben, dat ik dan zó weer ziek thuiszit, want ik moet eerst helen voor ik weer verder kan. Maar het solliciteren geeft me een gevoel dat ik ‘nuttig” bezig ben, dat ik probeer iets te veranderen aan de situatie. Het graven in mijn verleden en mijn onverwerkte verdriet is zo ongrijpbaar, solliciteren is veel duidelijker en zichtbaarder ‘werken aan jezelf” .
En zo ben ik op de een of andere manier nog steeds bezig om mezelf te verantwoorden naar de buitenwereld, dat ik nog steeds wil laten zien dat ik mijn best doe om uit die uitkering te geraken. Terwijl ik voorlopig nog alle tijd en vooral energie nodig zal hebben voor mezelf en dus op korte termijn nog niet in staat zal zijn om te werken. Ik vind dat moeilijk. Moeilijk om dat toe te geven, moeilijk om los te laten zo snel mogelijk weer een baan te vinden, moeilijk om te accepteren dat ik voorlopig nog wel thuis zal zitten.
Een burnout krijg je niet zomaar. Mensen die met een burnout kampen zijn juist vaak de mensen die teveel van zichzelf eisen, te weinig rekening houden met zichzelf, perfectionistisch zijn en niet goed hun eigen grenzen kennen of afbakenen. Mensen die zichzelf wegcijferen in het belang van een ander, of maar doorgaan en doorgaan omdat het nooit goed genoeg is. Mensen met een lage eigenwaarde en steeds maar hun best blijven doen om een ander te pleasen, dat complimentje te krijgen of die bevestiging te horen. Dat kun je járen volhouden, maar er is ergens een grens. En dan zit je ziek thuis. Vaak eerst met gigantische fysieke problemen omdat je de mentale al zo lang wegstopt dat je vergeet er ooit naar te luisteren. Pas als het fysiek weer beter gaat kun je aan het mentale probleem gaan werken.
Fysiek ben ik er nog niet, laat staan mentaal. Ik ben er nog wel even zoet mee. Ik kan het maar beter accepteren.
Je ziet het niet aan me, maar ik heb een burnout.
Je merkt het niet aan me, maar ik werk hard aan mezelf.
Je hoort het niet van me, maar ik heb het best zwaar.
Het is niet erg, het gaat voorbij en het komt goed. Maar het duurt even.
Ik heb een burnout.
een jaar later: http://in-therapie.plazilla.com/hoe-gaat-het-nu-met-mij
© SanneSchrijft 2012
Reacties (8)
ik kwam heel toevallig op deze website uit maar ik voelde dat ik je moest vertellen dat er nog een God is die van je houdt, en dat is de Here Jezus, Hij heeft jouw lief en wilt niet dat je afziet en pijn lijdt.
weet je dat ik vroeger ook een fysiek en mentaal wrak was, tot ik de Here Jezus leerde kennen, en begreep dat Hij een liefdevollle God is die het beste met de mensen voor heeft, ALS ze willen tenminste, want Hij zal niemand dwingen om tot Hem te komen net omdat Hij zo vol van liefde is.
Doordat ik de Here Jezus heb leren kennen heb ik een compleet nieuw leven gekregen, ik ben van mijn verslavingen af, mijn vermoeidheden en mijn mentale traumas, ik heb een super leven gekregen, vol van rust en energie vrede hoop en liefde
Je kan altijd eens proberen om als je weer eens zo een baaldag gehad hebt, savonds als je rustig in je eentje in de kamer bent de Here Jezus bij Zijn naam aan te spreken, en te vragen of Hij je niet wilt helpen met je problemen, stort je hart bij Hem uit, net of je tegen je beste vriendin spreekt en je zult zien!
Want Hij zal niemand onbeantwoord laten, en als je dan nog eens in de bijbel gaat lezen, en ook probeert te doen wat Hij van je vraagt in Zijn Woord, dan zal je zien dat Hij je zal zegenen, Hij zal je gebeden beantwoorden en alles tot goede medewerking laten komen, met je huisgezin, met je werk, met je fysiek, met je mentale toestand.
Ik hoop dat je er uit komt want ik heb zelf in zo een situatie gezeten en het lijkt als een tunnel zonder licht, maar weet dat er een uitweg is, ééntje die wel makkelijker is als je denkt, zolang je maar wilt
Ik wens je Gods vrede en zegen toe
pascal
Pork de DUIM.
DRIMPELS.
En nog merk ik dat mijn energie niet veel is. Nauwelijks reserve, of geen. En ik moet alles goed verdelen, anders klap ik keihard weer terug.... Samen weer over praten?
Je doet het goed! Het feit dat je durft te zeggen dat je het hebt, maakt je sterk! Xxxx
Gelukkig wil je professionele hulp.
Hopenlijk krijg je de rust in je lichaam terug.
Sterkte van Ben