Public

Rotslandschappen

Aicha1968 > Natuur

Er zijn drie belangrijke factoren die de landschappen op aarde vorm geven; het soort gesteente dat onder het land ligt, de structuur van het gesteente en de natuurlijke krachten die voortdurend het land veranderen.

4504f503e9ea4ad9514a930b209b8e1a_medium.Monument Valley in Utah staat bekend om zijn plateaus

De relatieve hardheid van rotslagen is van grote invloed op de vorming van landschappen, aangezien hard gesteente de natuurlijke krachten die het land wegslijten veel langer weerstaat dan zachter gesteente. Veel stollings- en metamorfe gesteenten zijn hard omdat ze opgebouwd zijn uit fijne kristalstructuren. Het kristallijnen stollingsgesteente graniet bijvoorbeeld bevindt zich vaak aan de oppervlakte in bergachtige gebieden omdat het de erosie heeft doorstaan. Graniet bestaat uit gesmolten gesteente ( magma ) dat in de aarde is afgekoeld en verhard, maar aan de oppervlakte komt als de zachtere rotslagen erboven zijn afgesleten.

Hoe ontstaan gesteenten

De drie hoofdgroepen waarin gesteenten zijn in te delen; stollings-, sedimentaire- en metamorfegesteenten, hebben een verschillende onstaanswijze.

9915732ed3cb0fabc50675654873819b_medium.f1d673af4917f12ef5e6fa9c123b6260_medium.a4083eb856ae8821c48841d9cc833310_medium.     Stollingsgesteente             Sedimentaire gesteente   Metamorfe gesteente

Stollingsgesteenten zijn ontstaan uit magma ( gesmolten gesteente dat diep in de aarde verhit is ) dat afgekoeld en verhard is. Soms wordt het magma naar de oppervlakte geduwd en komt als lava uit vulkanen. Basalt is een gesteente dat uit lava ontstaat. Omdat het aan de oppervlakte verhardt noemen we het een uitvloeiingsgesteente. Diepte en ganggesteenten ontstaan als het magma verhardt voordat het aan de oppervlakte komt. Het meest voorkomende dieptegesteente is graniet. Als magma afkoelt, vormen de in het magma aanwezige mineralen kristalletjes. Graniet heeft een ruwe kristalstructuur die je met het blote oog kunt waarnemen. Maar aan het aardoppervlak koelt het magma zo snel af dat er zich geen grote kristallen kunnen vormen. Daarom hebben uitvloeiingsgesteenten een fijne kristalstructuur.

Sedimentaire gesteenten zijn opgebouwd uit afgesleten deeltjes gesteente en soms uit de overblijfselen van ooit levend materiaal. De afgesleten deeltjes, waaronder grind, zand en klei, worden door de wind, stromend water of gletsjers vervoerd en meestal op de bodem van meren en zeeën afgezet. Daar worden de deeltjes samengeperst. Het water dat tussen de deeltjes stroomt, zet mineralen af die de deeltjes aan elkaar binden. Voorbeelden van deze steensoorten zijn gesteente dat bestaat uit grote kiezels die in een fijner materiaal 'gemetseld' zijn (conglomeraten), zandsteensoorten (bestaande uit samengepakte zandkorreltjes) en schalie (bestaande uit samengepakte klei). Sommige kalksteensoorten zijn gevormd uit de overblijfselen van ooit levende dieren, zoals schelpen. Krijt, een pure vorm van kalksteen, bestaat uit de overblijfselen van plankton. Steenkool bestaat uit plantenresten. Andere sedimentaire gesteenten worden gevormd door chemische stoffen die in het water opgelost zijn. Dit is het geval bij enkele kalksteensoorten en steenzout, dat onstaat als zeeën opdrogen.

Gesteenten die uit kleisoorten zijn ontstaan, zijn onstabiel en vloeien nog weleens de helling af. Daarom vormen zij vaak de dalen tussen dagzomen van harder zand- en kalksteen. Kristallijnen of van bergen afkomstige kalksteensoorten weerstaan erosie en vormen vaak steile kliffen.

c1a0ec6f2940bef2fd18f8e8ac76e52b_medium.

Dit soort kalksteen ligt op de zachtere onderlaag bij de Niagara watervallen in Noord-Amerika. Maar krijt, een soort kalksteen met een zwakke kristalstructuur, is minder resistent. Daarom bestaan krijtlandschappen meestal uit afgeronde heuvels zonder steile hellingen.

Metamorfe gesteenten zijn stollings of sedimentaire gesteenten die door enorme hitte, druk of chemische reacties zijn veranderd. Zo wordt bijvoorbeeld kalksteen omgezet in marmer en schalie in leisteen.

Structuur rotslaag

De structuur van het gesteente bepaalt ook mede het landschap. Als lava bijvoorbeeld afkoelt tot basalt, vormt ze zeshoekige polaren zoals in de Giant’s Causeway in Noord-Ierland. De spleten tussen de pilaren stellen het gesteente bloot aan de aanvallen van regen, ijs en riviertjes.

dc17bf8254d3e85404b3cfe3e24304fd_medium.  eea7296ff8954d0e0e4511aaf16cd7b6_medium.  De Giant's Causeway's zeshoekige zuilen werden lang geleden gevormd door snel afkoelend lava dat in de zee stroomde

In bergkalksteensoorten zitten verticale scheurtjes die soms door het regenwater tot diepe gaten worden uitgehold. Het water verdwijnt in deze holtes en slijt ondergrondse grottenstelsels uit, waardoor het aardoppervlak droog komt te staan. Dit type landschap heet karst en is genoemd naar een kalksteengebied in voormalig Joegoslavië.

De bewegingen in de aardkorst veroorzaken scheuren en breuken waarlangs het gesteente beweegt, wat aardbevingen kan veroorzaken. Soms worden blokken land langs breuklijnen omhoog gestuwd, waardoor steile hellingen ontstaan. We noemen dit een horst.

0f37c2a03e92670836edf04d8540d1d1_medium.

Omgekeerd kan een blok land dat tussen twee min of meer parallelle breuklijnen ligt naar beneden zakken. Hierdoor ontstaat er een slenk die aan twee kanten wordt omgeven door steile hellingen van horsten. Als rotslagen door bewegingen in de aardkorst op hun kant komen te staan, vormt het hardere gesteente een helling of cuesta. Minder resistente gesteenten worden echter weggeslepen, waardoor er dalen tussen de cuesta’s ontstaan. Bij lichthellende rotslagen vormt de ene kant van de cuesta  meestal een steile helling, terwijl aan de andere kant een zacht glooiende helling wordt gevormd.

Andere opvallende landschappen komen voor in gebieden waar de rotslagen geplooid zijn. The Weald in Zuidoost-Engeland is bijvoorbeeld een opwaartse plooi. De top van is hier weggesleten.

Natuurlijke krachten

Sommige landschappen zijn minder beïnvloed door de onderliggende rotslagen en de structuur daar van maar meer door de natuurlijke krachten waaraan ze bloot zijn komen te staan. Veel berggebieden zijn bijvoorbeeld van uiterlijk veranderd door de invloed van vorst en gletsjers.

9b2cb6b9056b586d13df317fe597c566_medium.

Deze natuurlijke krachten hebben veel opvallende kenmerken nagelaten, zoals U vormige dalen, keteldalen (zie afbeelding hierboven van de Cirque de Navacelles in Frankrijk)  en hoornen (piramidevormige bergtoppen).

 

18/06/2015 09:56

Reacties (19) 

Voordat je kunt reageren moet je aangemeld zijn. Login of maak een gratis account aan.
1
20/06/2015 14:56
Wat een interessant artikel weer

Eentje zoals we van jou gewend zijn - dank je!!
1
20/06/2015 22:21
Alsjeblieft! Dank je voor het compliment. ;-)
1
20/06/2015 00:30
Even ter aanvulling: De rotsen van het keteldal van de Navacelles ( Laatste foto ) zijn niet van graniet maar van kalksteen.
20/06/2015 22:20
Dank voor de aanvulling
1
18/06/2015 21:54
Heel interessant artikel
1
18/06/2015 21:56
Dank je Ruud.
1
18/06/2015 16:54
Bedankt voor deze interessante lessen. Mooi geschreven ook.
1
18/06/2015 18:30
Dank je wel Craig Crawford
2
18/06/2015 15:00
Hier hou ik nou van. Interessant en heel duidelijk uitgelegd. Een van de mooiere info-artikelen van de afgelopen maand.
18/06/2015 18:30
Dank je wel Gildor Inglorious..
2
18/06/2015 12:36
Die vijf/zeshoekige zuilen, dat is toch basalt?
Interessant artikel.
1
18/06/2015 13:59
Klopt Zevenblad, dat is basalt.
2
tegen Zevenblad
18/06/2015 14:43
Dat zijn mafische andesiet zuilen.
2
18/06/2015 15:00
Maar als je ze op de zeebodem vindt, zijn het toch stiekem overblijfselen van Atlantis. ;-)
1
18/06/2015 18:28
Zou zomaar kunnen :-)
1
18/06/2015 12:15
Dit is een artikel naar mijn hart. Het appelleert naar mijn werkzame leven als geofysicus. Leuk beschreven.
18/06/2015 13:59
Dank voor het compliment.