Waanzin is het thema van de komende Boekenweek. Een romantisch idee: ware kunstenaars zijn een beetje gek. Zo zei de bekende auteur Gerard Reve eens 'Ik ben gewoon krankzinnig. Ik bedoel, het zit bij mij door en door, en daarom heb ik er geen last van'. Gerard Reve bestreed zijn steeds terugkerende zware depressies met alcohol en medicijnen en schreef tussendoor succesvolle boeken. Alle mannen en vrouwen die uitzonderlijk zijn geweest leden allen aan een vorm van melancholici en of andere psychiatrische ziekten.
Zijn dichters en schrijvers vaker gek dan de gemiddelde sterveling? Hangt het schrijverstalent samen met wat wij 'kranzinnigeheid' noemen? Een snelle rondgang door het literaire veld maakt duidelijk dat er heel wat schrijvers met zware psychische problemen te kampen hadden. Van August Strindberg, Virginia Woolf, Sylvia Plath, Willem Bilderdijk, Maarten Biesheuvel, Hans Dorrestijn en Rogi Wieg. Gerrit Achterberg was de beruchtste en de beroemdste, die zelfs zijn hospita dood schoot.
Gerrit Achterberg, de boerenzoon die achter zijn schuwe, in zichzelf gekeerde voorkomen twee grote passies verborg: dichten en vrouwen. Zijn gedichten kan ik nog steeds enorm waarderen, maar wat hem uiteindelijk opbrak was dat hij noch zijn eigen gedrag noch dat van de uitverkoren vrouw in de hand had. Als zijn eerste vriendin een keer niet komt opdagen, is hij zo gefrustreerd dat hij naar haar ouderlijk huis fietst om haar zwaaiend met een pistool en dreigend met zelfmoord tot de orde te roepen. De geschiedenis herhaalt zich bij een volgende verloofde en als hij dan ook nog een leerlinge lastigvalt, verdwijnt hij korte tijd in een inrichting. Hij krijgt als diagnose 'psychopathie' maar wordt ongevaarlijk genoemd. Maar juist dan gaat het goed mis. Hij komt bij een hospita en haar 16-jarige dochter te wonen, vraagt zonder succes de hospita te huwelijk, en probeert vervolgens de dochter - met pistool in de hand - te verkrachten. De op het tumult afkomende hospita schiet hij dood en de wegvluchtende dochter krijgt een schampschot in haar nek.
Gerrit Achterberg was een groot dichter, maak ook leed hij aan een vorm van krankzinnigheid. Zijn creativiteit en krankzinnigheid waren beide onlosmakelijk verbonden. In ieder geval staat als een paal boven water, dat schrijven lijden kan zijn en dat dit in verschillende gradaties tot uiting kan komen, is ook duidelijk. Voor vele schrijvers betekent het eenzame bestaan van schrijven een ontsnappingsroute uit een samenleving waarin zij zich weinig op hun gemak voelen.
Schrijven kan therapeutisch werken, het kan een onsnappingsroute zijn voor depressieve mensen die zich in de samenleving niet thuis voelen en het kan een stressvolle bezigheid zijn die tot waanzin drijft. Los van het feit dat de meeste schrijvers in het heden psychisch beter behandeld worden met onder andere medicijnen, is het verband tussen waanzin en creativiteit niet in simpele statistieken te vangen. Wie zoekt naar een verband tussen creativiteit en waanzin, raakt al snel verstrikt in een ontonwarbare kluwen van persoonlijke geschiedenis, toevallige omstandigheden, motivatie, talenten, erkenning en verguizing. Veel meer dan de constatering dat behoorlijk veel schrijvers psychische problemen hebben, zal geen onderzoeker/wetenschapper met harde feiten kunnen staven.
Maarten Biesheuvel schreef in zijn boek 'Brief aan vader' het volgende:
'Tot mijn zesentwingstigste was ik een gelukkig man en toen ben ik in het gekkenhuis beland. Vader, ik ben nu al achtentwintig jaren ziek, ik hoor niet in de maatschappij en ik hoor niet op mijn studeerkamer, dat wil zeggen, ik voel mij nergens thuis. Reizen kan ik niet. De laatste tijd kan ik niet meer lezen (...) Muziek doet me ook niet veel meer. Schilderijen maken me bang. Ik houd me dan steeds voor dat ik schrijven wil of moet. Misschien is dat de opdracht in mijn leven.'
Bron: Volkskrant/Het Loon van de Angst/Tonie Mudde.
Bewerkt door: Janne Marthies.
Reacties (12)
Ik merk zelf ook wel dat ik ''anders'' ben dan ik denk. Best een verrassende conclusie.
Verhalen schrijven moet je een stukje kinderlijkheid houden fantasie die je nodig hebt om te kunnen schrijven. Dus ja schrijvers zijn denk bijzondere mensen met een eigen kijk op het leven.
Ik denk dat dat dan de vrouwen zijn die kunnen praten, niet schrijven, schilderen of een andere creatieve vorm vinden om hun geluk, tevredenheid, teleurstelling of ergernis te uiten of met anderen te delen
Sta behoorlijk verankerd in de Aarde.